Gustav neemt afscheid van deze wereld en laat 30 miljoen DM achter. Ook de hebzuchtige familieleden zijn er meteen: de beruchte Congo Otto, Florentine, de gierige oude vrouw, Albert, de uitvinder bij de gratie Gods, Emilio, de maffiosi en Titus, de veelvraat. Maar de wil slaat in als een bom. Didi Dödel, de enige die van Gustav nooit heeft geprofiteerd (omdat hij zijn adres niet kon achterhalen), zou alles erven. Plots zijn de dierbare familieleden het daarmee eens. Dit mag nooit gebeuren; Dödel moet weg. De lieve verliezer heeft geen idee van de erfenis. Hij wordt al snel het doelwit van verfijnde moordpogingen...